justice-423446_1920

Vergoeding uit de erfenis voor een kind van de overledene (som ineens)

Een vaak vergeten artikel in het erfrecht ziet op de mogelijkheid om na een overlijden aanspraak te maken op een vergoeding. Alleen een kind (stief/pleeg/klein/behuwd) heeft die aanspraak. De aanspraak ziet op werkzaamheden die een kind in het huishouden of bedrijf van de overledene heeft verricht zonder daarvoor een vergoeding te ontvangen. Wat is de eis om een vergoeding te kunnen ontvangen en aan wat voor vergoeding kun je denken?

Een kind moet hebben gewerkt in de huishouding of in het bedrijf van de overledene. Als een kind die werkzaamheden naast een eigen fulltime baan in de avonduren en/of in de weekenden heeft gedaan, kan de kantonrechter in een procedure oordelen dat er geen recht bestaat op een vergoeding. Het kind heeft geen ‘schade’ geleden door die werkzaamheden te verrichten voor de overledene. Het kind werkte namelijk fulltime en had niet meer kunnen verdienen. Ook niet als er door de extra werkzaamheden te weinig energie was voor een promotie. Zo oordeelde ook de kantonrechter te Utrecht. Het kind moet in de verdienmogelijkheden zijn geschaad. De hoogte van de vergoeding kan daarop worden afgestemd. Het gaat om een billijke vergoeding.

Dit lijkt de doodsteek te zijn voor de solidariteitsgedachte en het ‘naar elkaar omkijken’, tenzij je daarvoor je baan (deels) opzegt. Je loopt dan wel het risico dat er geen geld in de erfenis zit om de vergoeding te betalen of dat andere erfgenamen het niet eens zijn met het betalen van een vergoeding.

Het voordeel is dat je door deze aanspraak meer kunt ontvangen uit een erfenis. Een voorbeeld: er zijn twee erfgenamen en in de erfenis zit € 100.000,–. Een van de erfgenamen maakt aanspraak op een vergoeding van € 40.000,–. Als dit wordt toegewezen, ontvangt die erfgenaam € 40.000,– en de helft van het restant, te weten € 30.000,–. In totaal ontvangt die erfgenaam € 70.000,– in plaats van € 50.000,–. Over de vergoeding moet wel erfbelasting worden betaald.

Nu zeggen ze ‘dat je het niet voor het geld moet doen’, maar je hoeft jezelf niets tekort te doen. Er zijn overigens strikte termijnen verbonden aan deze vergoeding. Deze aanspraak kan wel ongewenste (negatieve) effecten hebben op andere erfgenamen.

Voor kinderen tot 21 jaar is het ook mogelijk een vergoeding te krijgen. Dat ziet op een lump sum-kinderalimentatie. Zeker als het erfdeel van een kind niet opeisbaar is, kan dit een mogelijkheid zijn om op kortere termijn een bedrag uit de erfenis te ontvangen.

Deskundig en gespecialiseerd advies van een erfrechtspecialist is uiteraard een noodzaak. Neem voor vragen contact met mij op.

Comments are closed.