pexels-ketut-subiyanto-4246106

De huurwoning en overlijden

Na een overlijden moet er van alles worden geregeld en zijn er verschillende zaken die de aandacht vragen. Waar moet je nu op letten als je met de overledene in een huurwoning woonde?

Bij het beantwoorden van die vraag moet onderscheid worden gemaakt tussen de situatie waarbij wel of geen sprake is van medehuur. 

Echtgenoten en geregistreerde partners zijn altijd medehuurders als die woning ook het hoofdverblijf is. Daarnaast kan de huur ook op naam staan van twee personen, bijvoorbeeld twee broers, waardoor zij medehuurders zijn. De medehuurder zet de huur van de woning na het overlijden voort, maar heeft de mogelijkheid om binnen zes maanden de huur op te zeggen.

Gevaarlijk wordt het voor degene die geen medehuurder is, maar ‘slechts’ medebewoner. Diegene zal de woning na het overlijden moeten verlaten. Denk hier bijvoorbeeld aan samenwonen of een inwonend meerderjarig kind. De medebewoner die samen met de overledene de woning gedurende langere tijd tot (kort voor) het overlijden heeft bewoond, kan de huur wel voortzetten. De medebewoner moet dan binnen zes maanden na het overlijden aan de kantonrechter verzoeken om de huur te kunnen voortzetten. De kantonrechter zal aan de hand van een aantal wettelijke vereisten de huur al dan niet voortzetten. De termijn van zes maanden wordt strikt gehanteerd. Te laat is te laat, zoals de kantonrechter te Eindhoven recent oordeelde.

Voor vragen over dit onderwerp of andere aangelegenheden over de afwikkeling van een erfenis, kun je vrijblijvend contact met mij opnemen.

Comments are closed.